Het zwarte boekje is geen leesboek. Het is een naslagwerk waarin 94 modellen, werkvormen en tools beschreven zijn. Telkens zijn 2 pagina's in het boekje gereserveerd voor zo'n model, werkvorm of tool. Dat is natuurlijk al eens eerder gedaan. Denk aan boeken als '101 Managementmodellen' van Marijn Mulders, 'Een praktische kijk op marketing- en strategiemodellen' van Yousri Mandour en 'Het groot managementmodellenboek' van Berenschot. Waarin verschilt dit boekje van de anderen die het voorgingen? Ik heb verschillen kunnen ontdekken in vorm, inhoud en toepasbaarheid. De verschillen in vorm hebben voornamelijk te maken met de leesbaarheid. Als je heel veel informatie in een nog redelijk compact boekje wil samenvatten, dan moet je besparen op diepgang, aantal modellen of... lettertype. Op diepgang en aantal modellen is zeker niet bezuinigd. Het lettertype is het slachtoffer geworden. Ik beschouw mezelf als iemand met nog redelijk jonge brildragende ogen maar, ik had moeite om de tekst goed te lezen. De lettertjes zijn maar een paar millimeter hoog en dat leest gewoon niet lekker weg. Is dat een belemmering? Het valt eigenlijk best mee. Zoals de schrijfster zelf al aangeeft is dit geen pageturner die je in een dag moet uitlezen. Je moet het pakken als je het nodig hebt. Dan is een kleiner lettertype minder erg, en je krijgt er veel inhoud en diepgang voor terug. Met de inhoud is helemaal niets mis. De inhoud is eigenlijk wel verrassend. Er staan tools in die je in andere modellenboeken niet zo vaak ziet. Natuurlijk komen we ook hier de Boston Consulting matrix en de SWOT-analyse tegen. Maar ook tips over onderwerpen als internationaal zakendoen, internationale etiquette en het vastleggen van gedachten. Het boekje vertoont gelijkenis met het militaire 'Boekje Pienter': Elke militair heeft wel een klein zakboekje bij zich waar een aantal weetjes op staan. Zaken die opvielen tijdens het werk of tijdens de opleiding en waarvan je zeker weet dat er een keer een moment komt waarop je denkt 'hoe zat het ook al weer?' Dat is ook gelijk het nadeel van een gepubliceerd Boekje Pienter. Dergelijke opvallende zaken zijn voor ieder individu verschillend. De schrijfster heeft haar Boekje Pienter samengesteld, maar voor mij kan het er anders uit zien dan voor haar. Een paar steekproeven uit mijn eigen assortiment kwamen gelukkig opvallend goed uit: Ik kon ze allemaal vinden in 'Het zwarte boekje voor managers'! De toepasbaarheid wordt erg gestimuleerd door de gebruikelijke index, maar ook door twee andere zoekmogelijkheden: De projectmatrix en de 'day-to-day matrix'. Deze zoekmogelijkheden zijn niet volledig deterministisch. Je zult ondanks de hulp die ze bieden, nog zelf op zoek moeten naar het meest geschikte model. Dat is ook logisch. Zoals bij alle facetten van management kun je het selecteren van het juiste model niet zien als iets dat volledig berekenbaar is. Om vertrouwd te raken met de beschreven modellen is het daarom, tegen het advies van de schrijfster in, toch verstandig om het boekje een keer goed door te bladeren zodat je weet wat er allemaal aangeboden wordt. 'Het zwarte boekje voor managers' is een goed Boekje Pienter voor de manager die graag verder gaat dan sturen op intuïtie, maar het juiste model zoekt om een situatie te analyseren.
Over Joost van Driessen
Joost van Driessen is manager bij het Ministerie van Defensie. Hij is afgestudeerd in de informatica aan de Universiteit Leiden en deed zijn MBA-opleiding bij de Business School Nederland. Zijn werkterrein bevindt zich op het grensvlak waar organisatie en informatie elkaar raken.