De auteurs van ‘Ga niet langs af’, Robert van Asch en Maria Dorresteijn, hebben beide een financieel-economische achtergrond. Dit verklaart wellicht de metafoor van het bekende familiespel Monopoly, die ze consequent voor hun boek hebben gebuikt. Het begint al met de omslag. Die laat een hoek van het speelveld zien, met de tekst ‘Start, ga na passeren zelf aan de slag’. In het boek kom je her en der verspreid kanskaarten tegen, vol met praktische tips. De kaarten voor de straten zijn benut voor opsommingen en samenvattingen, bedoeld als geheugensteuntje. Aan de vorm is dus veel aandacht besteed. Al lezende geeft het me de indruk dat die vorm met de inhoud aan de haal is gegaan. Zo is de titel ‘Ga niet langs af’, in plaats van Ga niet langs start, wat volgens mij het geval is in Monopoly. Geneuzel van de recensent? Dit is nu juist symbolisch voor het boek. Laat ik eerst zeggen dat ik me voor een groot deel met de inhoud kan verenigen. Zo zijn risico’s gekoppeld aan doelen. Essentieel, en iets dat vaak nog (te) weinig aandacht krijgt in de praktijk. De gekozen doelgroep en de omvang van het vakgebied maken van keuzes en beknopte formuleringen noodzakelijk. Ook daar kan ik goed mee leven. Dan nu toch wat minpuntjes. Bijvoorbeeld opsommingen van soorten risico’s, die geen risico zijn. Opleidingsniveau als personeelsrisico? Wat is daar onzeker aan? Storend vaak wordt het begrip ‘potentieel risico’ gebruikt. Een risico is per definitie onzeker en daarmee altijd potentieel (totdat het is opgetreden of weggenomen). Dan het realiseren van een uniforme risicobeleving. Dat kan niet en moet je vooral ook niet willen! Breng verschillen in risicobeleving juist in beeld, koester ze, en maak op basis van die feitelijke verschillen keuzes die uiteindelijk de organisatiebelangen dienen. Een laatste voorbeeld, de bekende risico-matrix met kansen en gevolgen, door de auteurs risicolandschap genoemd. Hierbij geven ze tien verschillende classificaties van kansen en gevolgen. Wat zijn de verschillen tussen een onwaarschijnlijk, zeldzaam, zeer zeldzaam en uniek risico? Kan je hiermee echt risico’s met een kleine kans van optreden classificeren? Of is dit een typisch geval van schijnnauwkeurigheid? Vol goede bedoelingen wordt risicomanagement te stellig als dé oplossing voor alle MKB-problemen opgevoerd. Terwijl concrete voorbeelden van wat het heeft opgeleverd ontbreken. Het boek krijgt hierdoor een hoog ‘timmerman en hamer’ gehalte. Dit alles is jammer. Een sterkere inhoud, met de al sterke vorm, zou dit boek tot een MKB-klassieker voor risicomanagement kunnen doen uitgroeien. Dit betekent wel dat een 3e druk, na de al herziene 2e druk, inhoudelijk op de pijnbank komt te liggen. Daar dienen de onrealistische stelligheden te worden vervangen door de noodzakelijk nuance voor effectief risicomanagement. Ook moet de ISO 31000 richtlijn voor risicomanagement worden opgenomen. Die biedt immers een zogenoemde principle-based benadering. Die geeft MKB-ondernemers alle ruimte om risicomanagement zelf vorm en inhoud te geven. Ten slotte, de lengte van deze recensie geeft hopelijk aan dat ik met dit boek begaan ben. Om passend af te sluiten heb ik het volgende advies aan de auteurs: Ga direct naar de gevangenis en ga niet langs start. Blijf daar minimaal 3 beurten zitten om die 3e herziene druk te schrijven. Geniet daarna van alle vrijheid, om aan dit boek nog jaren plezier te beleven. Het MKB zal jullie dankbaar zijn.
Over Martin van Staveren
Martin van Staveren is adviseur, auteur, docent en spreker. Hij ontwikkelde het gedachtegoed voor risicoleiderschap. Met zijn bureau VSRM helpt hij organisaties doelgericht om te gaan met risico’s én kansen in complexe situaties. Hij is auteur van Risicogestuurd werken (2015), Risicoleiderschap (2018), Iedereen Risicoleider (2020) en Risicodialoog (2023).