Het eerste fusietraject waarin ik een rol speelde, was spannend. Niet alleen voor mij. Managers en medewerkers waren onzeker over wat er ging gebeuren. Er zou van alles veranderen, dat was zeker. De ambitie was om de verkokering tussen afdelingen te doorbereken zodat klanten beter geholpen konden worden. Uit een analyse van bedrijfsprocessen kwam naar voren dat afdelingen die zich bezig hielden met bedrijfsvoering beter konden worden samengevoegd. Die analyse was zorgvuldig uitgevoerd dacht ik zelf.
"Nee, dat is echt onverstandig, die samenvoeging van die afdelingen," zei één van de afdelingshoofden tegen mij. "Je brengt processen samen die vanuit het oogpunt van controle en functiescheiding beter gescheiden kunnen blijven. De accountants zullen daar nooit mee instemmen." Dat was een gezichtspunt waar ik niet aan had gedacht, dus ging opnieuw aan de slag met analyse van de bedrijfsprocessen en raadpleegde ik accountants. "Die samenvoeging is geen enkel probleem hoor," antwoordde de accountant op mijn vraag. "Het is zelfs een goed idee. Het komt de efficiëntie ten goede en de administratie kan daardoor veel beter worden ondersteund. Ik zou het doorzetten."
Opnieuw naar het afdelingshoofd dat eerder bezwaren had geuit. "Toch is het een slecht plan, je brengt processen samen waarvoor veel systemen nodig zijn en je vermengt ook nog eens korte-termijnacties en lange-termijnactiviteiten. Die lange-termijnactiviteiten gaan dan leiden onder druk van de korte-termijnacties. Je denkt toch niet dat we die afdelingen zomaar apart hebben georganiseerd." De tegenwerpingen werden door het afdelingshoofd met kracht naar voren gebracht. En opnieuw ging ik terug om mijn huiswerk over te doen.
Mijn nadere analyse gaf geen steun voor de argumenten van het afdelingshoofd. Sterker nog, er was vereenvoudiging mogelijk door een nieuw geïntegreerd systeem aan te schaffen. De dienstverlening kon daardoor verbeteren en de kosten voor beheer zouden aanzienlijk lager uitvallen. Ik voelde me ongemakkelijk bij mijn analyses. Iedere keer als ik beter keek, werden de voordelen van de samenvoeging scherper. Maar ook de tegenargumenten werden met steeds meer kracht geuit. Ik besloot weer bij het afdelingshoofd langs te gaan. Daarvoor koos ik een rustig moment aan het einde van de middag.
"Nee, het kan echt niet die samenvoeging, dat is wel het stomste dat je kunt doen." De tegenwerpingen werden met emotie geuit. "Wat maakt dat het onverstandig is," vroeg ik rustig. "Nou het kan niet, het is een slecht idee, je brengt de hele bedrijfsvoering in gevaar." Echte argumenten werden niet gegeven. Wel werd de toon emotioneler. "Ik begrijp u niet. Ik heb mijn analyses nu drie keer gedaan en het lijkt alleen maar verstandiger om de afdelingen samen te voegen. Vertelt u eens, wat maakt het voor u zo lastig." Er viel een lange stilte in het gesprek. Ontredderd keek het afdelingshoofd me aan. "Tsja, dat kan ik lastig vertellen…ehhhh…daar kan ik niet over praten…dat moet geheim blijven." "Ik beloof u dat het tussen ons blijft, daarin kunt u me vertrouwen," antwoordde ik. Na enige aarzeling kwam het hoge woord eruit: "Je moet weten, ik ben getrouwd. Gelukkig getrouwd zelfs en we hebben twee leuke kinderen. Maar ik heb ook een seksuele relatie met iemand van de andere afdeling. Daar weet niemand iets van. Ik zou niet weten wat ik moet doen als die afdelingen bij elkaar komen en ik haar baas zou worden. Dat gaat gewoon niet."
De afdelingen zijn geïntegreerd en het afdelingshoofd is het hoofd geworden van de nieuwe afdeling. De buitenechtelijke sekspartner heeft een goede plek gevonden op een andere afdeling. De nieuwe afdeling functioneert beter dan voorheen. Het afdelingshoofd heeft zich later verontschuldigd en me bedankt dat ik hem keer op keer serieus nam en steeds opnieuw aan het werk ging zonder het hogerop te zoeken. Hij was blij dat hij me in vertrouwen had genomen, want de integratie van de afdelingen was goed voor de bedrijfsvoering, maar hij wist echt niet hoe hij die situatie moest hanteren en voelde zich daardoor enorm bezwaard.
Wat rationeel lijkt, is dat niet altijd, en argumenten dekken niet steeds de lading. Achter irrationele argumenten zit steevast een verhaal. De vraag is of je dat verhaal boven tafel kunt krijgen door de verteller en zijn verhaal serieus te nemen. Door deze gebeurtenis is mijn kijk op organiseren verrijkt. Seks op het werk komt vaker voorkomt dan ik ooit had gedacht.
Over Pierre Pieterse
Pierre Pieterse was tot februari 2022 hoofdredacteur van Managementboek Magazine.