Mozes, Jezus, Mohammed

In je boek geef je, aldus de Rabbijn, een ontroerende terugblik op je levenslange ontdekkingsreis naar de grondvesten van de Islam die zoveel raakvlakken blijken te hebben met het Christendom van jouw vader, de verzetsman, en het Jodendom van het door dat zelfde Christendom zo ten onrechte miskende – en soms zelfs vervolgde – Israël.

In wezen is deze studie de culminatie van je veelzijdige levenswerk, de expressie van het axioma van het Handvest voor Compassie, dat in de herfst van 2009 werd opgesteld door een commissie onder leiding van Karen Armstrong, waar ik deel van mocht uitmaken: ‘Elke interpretatie van de Geschriften die aanzet tot geweld, haat of minachting heeft geen enkele legitimiteit’.

Terecht wijs je in je conclusie op het hoopvolle, onmiskenbare feit dat de broers Jitschak en Ismael de stamvaders van Joden en moslims zijn, en dat Jehosjoea van Nazareth eveneens afstamt van Awraham. In jouw rijke boek word ik getroffen door de kawana, de innerlijke, zuivere intentie, waarmee je de weg tracht te duiden naar een herwaardering van de bronnen van Jodendom, Christendom en Islam, en daartoe afstand te nemen van noodlottige, verkeerde interpretaties.

Anton Wessels, geboren 1937 in Lemmer, Friesland, studeerde aan de Vrije Universiteit en aan de Universiteit van Caïro. Hij werkte als hoogleraar in Beiroet aan de Near East School of Theology.

Hij was hoogleraar – aan de Vrije Universiteit, Amsterdam van 1971 tot 2002.