Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Nieuws

‘Een beetje idealisme is op zijn plaats’

Volgens oud-Aegon topman Kees Storm brengt de Balkenende-norm voor salarissen het niveau van het financieel toezicht in gevaar. Aan vice-voorzitter Erik van Laar van het Nederlands Centrum van Directeuren en Commissarissen (NCD) de vraag of die waarschuwing terecht is.

Pierre de Winter | 16 februari 2009 | 4-6 minuten leestijd

Vorige week mocht Kees Storm in de Volkskrant uitleggen waarom hij vindt dat de Balkenende-norm van 176.000 euro die de overheid aan alle pubieke topmanagementfuncties wil opleggen, een gevaar is voor het niveau van het financiële toezicht in Nederland. Zijn argumentatie komt op het volgende neer: Een toezichthouder moet een geduchte tegenspeler zijn voor de intelligentsia in de financiële wereld. Hij moet de ingewikkelde financiële producten die door duurbetaalde whizzkids worden bedacht, kunnen doorzien in hun consequenties en daar op een adequate manier op kunnen reageren. En voor de Balkende-norm krijg je op de vrije markt geen mensen van de vereiste zwaarte, aldus Storm. ‘Bij toeval vind je er misschien een, maar ik vrees dat zo’n goede kandidaat ook snel weer weg is.’

Daarnaast, zo vindt Storm, vergeten mensen nog wel eens dat er onder de boom ook nog gras moet groeien. Met andere woorden: als de topbeloning in een organisatie 176.000 euro is, zul je in de posities daaronder ook niet de beste mensen krijgen. Kortom: als je goed financieel toezicht wilt, heb je kwaliteit nodig, en als je kwaliteit wilt, moet je bereid zijn daarvoor te betalen. Het huidige salaris van 400.000 euro dat DNB-president Nout Wellink verdient, vindt Storm fatsoenlijk.

Vraag is nu of Storm - de man die eind jaren negentig van Aegon een wereldspeler maakte - hier een belangrijk geluid ten gehore bracht waar de overheid maar beter naar kan luisteren. Of dat de waarheid van deze vermogende ex-CEO er juist een is waarvoor in het post-kredietcrisis landschap geen plaats meer moet zijn. Eén ding moeten we hem nageven: hij sprak niet voor de eigen portemonnee.

Vice-voorzitter Erik van Laar van het Nederlands Centrum van Directeuren en Commissarissen (NCD) is het met Storm eens. "Voor de functies waar we het over hebben, moet je in eerste instantie voor goede mensen gaan. En ik denk niet dat het verstandig is om daar een overheidsnormering aan op te leggen. De beloning is marktgedreven en moet dat volgens mij ook blijven. Daarbij vind ik die 176.000 euro als Balkende-norm überhaupt discutabel. Als je gaat kijken naar de emolumenten die de minister-president erbij krijgt - zoals de ambtswoning, een pied à terre in Den Haag en onbeperkt gebruik van het regeringsvliegtuig - zou je er zo tonnen bij kunnen rekenen. Dat bedrag mag wat mij betreft dus best wat hoger zijn."

Denkt Van Laar niet dat juist iemand die het voor minder doet - voor wie geld dus niet de belangrijkste drijfveer is - wel eens veel beter zou kunnen zijn dan al dat dure talent? Van Laar: "Dat zou kunnen, maar het hoeft niet. Bovendien loop je dan het risico dat er iemand komt te zitten met vooral ideologische drijfveren. Als je alleen idealisten in zo’n baan wilt zien, ben ik bang dat je ook niet de juiste mensen krijgt."

Los van de vraag of je jezelf met een salaris van 176.000 euro idealist mag noemen: waarom zou een idealist geen president van De Nederlandsche Bank of directeur van de AFM mogen worden? Van Laar: "Ik denk dat je zo’n baan moet invullen vanuit de motivatie dat er goed toezicht moet zijn. Streng, afstandelijk en zo objectief mogelijk,maar ook met oog voor de belangen van de financiële wereld. Ik denk dat een zeker idealisme wel op z’n plaats is bij een toezichthouder, maar hij of zij moet niet al te ideologisch gedreven zijn. Dat kan schadelijk uitwerken voor de sector, maar ook voor de maatschappij."

Het is wél de sector waar we nu al die economische ellende aan te danken hebben. Zou het niet beter zijn een toezichthouder te hebben die financials verplicht hun producten zodanig transparant en simpel te maken dat de man in de straat ze ook kan begrijpen? Van Laar: "Daar kan ik een heel eind in meegaan. Maar ik denk dat - wat voor communicatieregels je ook bedenkt - je je niet waterdicht kunt indekken tegen de slimmigheden van de financiële wereld. Daarvoor heb je toch echt intellectueel gewicht nodig. En een zo objectief mogelijk oog. En wat in mijn ogen ook belangrijk is: toezicht is echt een vak geworden, dat steeds meer specialismen omvat. Een voorbeeld is het feit dat het ministerie van Justitie sinds kort fiscalisten in huis heeft. Die zijn voor Justitie keihard nodig met hun kennis om de accountants van de tegenstander überhaupt te begrijpen. Om zulke specialisten binnen te kunnen halen, moet je salarissen bieden die niet al te ver uit de pas lopen met de markt. En een arbitrair afgedwongen bovengrens werkt daarbij niet."

De huidige toezichthouders verdienen goede salarissen. Toch zijn ze er niet in geslaagd het monster van de financiële wereld te bedwingen. Wat heeft er dan gemist? "Ik denk niet dat het heeft ontbroken aan regeltjes; die hebben we zo langzamerhand wel genoeg. Ik denk dat er vooral mentaal iets moet en zal veranderen. Dat er meer nadruk komt op het lef om eerder aan de bel te trekken." Hebben de huidige toezichthouders daarin gefaald? "Ik ken alle details niet, en ik wil zeker geen uitspraken doen over personen. Maar gezien wat er gebeurd is, kun je niet anders dan concluderen dat het toezicht als geheel heeft gefaald."

Over Pierre de Winter

Pierre de Winter is freelance journalist.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden